passive
Als de waarde "yes" is dan wordt er een passive FTP sessie gestart. Bij veel huidige FTP-servers/firewalls is dit nodig anders lukt de verbinding niet.
port
Poortnummer om te verbinden; nodig indien dit afwijkt van de standaard poort.
scpmethod
Methode die gebruikt moet worden om in te loggen. De opties zijn FTP, FTPS, SCP of SFTP. SCP is de default.
service
Idem aan scpmethod.
ftps
Hier kan je de waarde "explicit" of "implicit" meegeven en die worden dan gebruikt om een explicit of implicit TLS/SSL verbinding te maken.
mode
Optie om de transfermode te kiezen. Opties zijn "ascii" en "binary". "Binary" is de standaardwaarde.
loginkey
Key die nodig (kan) zijn om in te loggen op de server (dit kan ook in een veld geveld worden en hoeft dan dus niet in de options te staan).
keyfileblobnr
aa-blob.blobnr van een keyfile die nodig kan zijn om in te loggen.
keyfile
Bestandsnaam van een keyfile die nodig kan zijn om in te loggen (let op: de scheduler moet dan wel bij dit bestand kunnen komen).
passphrase
Eventuele passphrase die nodig is om de keyfile te kunnen gebruiken (let op, je kan dan dus geen komma of is-teken gebruiken in de passphrase).
debug
Indien de waarde op "yes" staat dan wordt een (aparte) debuglog bijgehouden.
cleanup
Indien de waarde op "no" staat dan laat het systeem de tijdelijke bestanden aan zodat hier in gekeken kan worden.
download
De directory waar vandaan gedownload moet worden, aangeraden wordt om dit als volledig pad op te geven en dus te beginnen met een /, met relatieve paden gaat het soms fout.
filemask
Mogelijk filemask om op te geven dat alleen bepaalde bestanden gedownload moeten worden. Als niets wordt opgegeven dan worden alle bestanden opgehaald.
deleteoptions
Indien de waarde "suppress" wordt opgegeven dan worden de gedownloade bestanden niet gedelete. Dit wordt gebruikt om foutmeldingen te voorkomen als bestanden niet gedelete mogen worden (bijvoorbeeld een codeboek bestand op de site van de douane).
upload
Directory waar de bestanden uiteindelijk terecht moeten komen. Als er geen workupload is opgegeven dan worden ze hier gelijk neergezet.
workupload
Deze directory wordt gebruikt om de bestanden te uploaden. Na het uploaden worden ze dan verplaatst naar de upload-directory.<
putoptions
Specifieke opties die meegegeven worden bij het uploaden. Dit zijn de
opties die bestaan voor winscp. Bijvoorbeeld "-nopreservetime -nopermissions" wat nodig is om te uploaden naar Portbase omdat hun systeem niet toestaat dat de tijd van het bestand goed wordt gezet na het uploaden.